
Tienerwerkmethode (12-18 jaar)
Doorgaande leerlijn van 5 tot en met 18 jaar
Doel
De doelstellingen voor deze jeugdwerkmethode zijn gelijk aan de doelstellingen van de kinderwerkmethode: Jongeren leren leven met Jezus Christus. De manier waarop de boodschap wordt aangeboden, is wel totaal anders.
De doelen van de methode zijn:
- de jongeren kunnen hun leven aan Jezus Christus geven;
- God verheerlijken;
- groeien in het leven naar bijbelse normen;
- zorg dragen voor elkaar en
- op een plezierige wijze met elkaar spelen en omgaan.
3-jarige cyclus
In de methode zijn zes thema’s uitgewerkt. Er zijn steeds twee lessen van elk thema. De eerste les is meer oriënterend en de tweede les bouwt voort op wat er geleerd is.
Er is ook steeds ruimte overgelaten voor ‘losse lessen’ die de (jeugd)leiding zelf vorm geven. Wij adviseren om deze thema’s zo vorm te geven, dat ze ook bijdragen aan het behalen van één of meerdere doelstellingen. Dat geldt voor het (bijbel)onderwijs, maar net zo goed voor het doen van activiteiten of spelen.
In plaats van een losse les kan er ook voor een Doe maar les gekozen worden. Na elk thema wordt er een Doe maar les aangeboden, die bij het thema is gemaakt. De tieners gaan dan het geleerde in praktijk brengen. Dat kan in hun buurt zijn, in hun school, in een wijk of meekijken bij iemand die dat thema heeft vorm gegeven in zijn/ haar leven. Meer informatie hierover zie je onder het kopje ‘Tieners’.
Opbouw van het materiaal
De tiener moet het nut inzien van wat hij moet leren. Het moet relevant zijn voor zijn/haar leven. Als de tiener de relevantie inziet en leert er betekenis aan te geven door het te ervaren en toe te passen in zijn leven, dan is het leerrendement hoog. Daarom is gekozen voor een handelings- en ervaringsgerichte onderwijsmethode. De leiders begeleiden het leerproces van de tiener door onder andere de interesse te wekken (relevantie aan te tonen),hem/ haar op tijd van kennis te voorzien, oefeningen aan te bieden, hem/ haar te stimuleren en het in het grote kader te plaatsen.
Voor wie is het materiaal geschreven
Het materiaal is geschreven voor jongeren die dieper willen groeien in hun geloof. Het gaat ze niet meer om de gezelligheid alleen, maar ze willen meer leren over de Bijbel en geconfronteerd worden met geloofsvragen, die betrekking hebben op hun eigen leven. Het vraagt dus openheid en kwetsbaarheid van jezelf als leid(st)er en naar elkaar toe, om te kunnen veranderen. Ook de Doe maar lessen die gekoppeld zijn aan de thema’s geven de tieners de mogelijkheid om hun geloof in praktijk te brengen
Hoe omgaan met het materiaal
Er worden soms meerdere opties gegeven, waaruit gekozen kan worden. Kijk naar je groep en kies wat past bij de samenstelling van je groep tieners. Het materiaal is een middel om in gesprek te komen met de tieners. Door gerichte vragen te stellen, creëer je openheid en diepgang.
In de methode worden thema’s uitgewerkt. Er is ook steeds ruimte overgelaten voor ‘losse thema’s’ die de (jeugd)leiding zelf vorm geven. Wij adviseren om deze thema’s zo vorm te geven, dat ze ook bijdragen aan het behalen van één of meerdere doelstellingen. Dat geldt voor de (bijbel)onderwijs, maar net zo goed voor het doen van activiteiten of spelen.
Waarom deze Tienerwerkmethode
Na het doorlopen van het hele programma heeft de tiener een eigen geloofsleer kunnen ontwikkelen. Zij weten waarom mensen wel of niet in God geloven en kunnen voor hun eigen leven bepalen of zij God willen volgen en dienen. Door het programma heen zijn belangrijke bouwstenen voor een geloofsleer verweven. Deze bouwstenen worden thematisch in blokken van twee lessen aangeboden. Denk hierbij aan onderwerpen als:
Wie is God? (Zijn grootheid, goedheid, nabijheid-afstand en de drie-eenheid)
Wat doet God? (Gods plan met de wereld, de mens en wat Hij nog steeds doet)
De mensheid (De mens die op God lijkt, zijn oorsprong en zijn natuur)
Zonde (De aard van zonde, de oorzaak en gevolgen van de zonde)
Persoon en werk van Jezus (Jezus als God en mens en wat Hij voor ons heeft gedaan)
De Heilige Geest (Wie de Heilige Geest is en wat Hij doet)
De Bijbel (Geïnspireerd, betrouwbaar en gezaghebbend Woord van God)
De kerk (De eigenheid, rol en eenheid van de kerk, avondmaal en doop)
De laatste dingen (De toekomst die God ons belooft en onze uiteindelijke staat)